Afwijkende mondgewoonten verstoren het evenwicht tussen spieren in en rond de mond, zoals bij mondademen en verkeerde zuig- en bijtgewoonten. Daardoor kunnen gebitsafwijkingen, een afwijkende slik, een afwijkende uitspraak, kaakgewrichtsklachten en slaapapnoe ontstaan.
Een belangrijke eerste stap in de behandeling is nagaan welke factoren een negatieve invloed uitoefenen. Dit verloopt in samenspraak met een orthodont of tandarts. Op basis hiervan wordt een individuele behandelingsmethode gekozen om de werking van alle spieren terug in balans te brengen.
Oro-myofunctionele therapie (OMFT) is een oefentherapie die gericht is op het herstellen van het evenwicht in het functioneren van spieren in en om de mond.
OMFT wordt ingezet indien er sprake is van een of meer van de onderstaande verschijnselen:
- Bij mondademen
- Een verkeerde stand van tanden, kiezen of kaken
- Na orthodontische of kaak corrigerende behandelingen
- Duimzuigen, vingerzuigen en/of speenzuigen
- Bij spraakmoeilijkheden zoals lispelen of slissen
- Bij moeilijkheden met slikken, afwijkend slikken of eten
- Indien er sprake is van een smal en hoog verhemelte
- Indien er sprak is van “slappe” lipspanning
- Indien er sprake is van een verkeerde tongpositie in rust, bijvoorbeeld een tong die naar buiten hangt
- Allerlei ander ongewenst tonggedrag zoals bijvoorbeeld tongpersen
- Bij kaakgewrichtsklachten en andere kaakproblemen
Mogelijke gevolgen van afwijkende mondgewoonten
Gebitsverandering
Tanden: Bij de diverse zuiggewoonten (zoals bijvoorbeeld duimen) worden de boventanden naar voren gedrukt. Hierdoor kan een gebitsverandering ontstaan, zoals een open beet of een overbeet.
Tongligging
De tong ligt bij duim-, vinger-, of speenzuigen onderin de mond, tegen óf tussen de tanden. Hierdoor kunnen de tanden naar voren geduwd worden.
Verkeerde slikwijze
Wanneer ook bij het slikken de tong tegen of tussen de voortanden gedrukt wordt, is er sprake van een verkeerde slikwijze. Dit heeft negatieve gevolgen voor de kaak- en gebitsstand.
Articulatieproblemen
De afwijkende tongligging kan ook gevolgen hebben voor de articulatie: een verkeerde uitspraak van met name de s en z, maar ook de uitspraak van de t, d, n, en l kunnen worden beïnvloed. Deze klanken worden dan met de tong tegen of tussen de tanden uitgesproken, in de volksmond ook wel slissen of lispelen genoemd.
Concentratieproblemen
Het zuigen kan een kind zo rustig maken dat het kind geen aandacht meer heeft voor andere zaken, zoals bijvoorbeeld de uitleg van een leerkracht op school. Het kind is dromerig en niet voldoende geconcentreerd.
Om een optimaal resultaat te bereiken werken wij nauw samen met tandartsen en orthodonten.